header image

WRM 58: Beter door de bocht in theorie en praktijk

Volg deze bijscholingscursus om je WRM-bevoegdheid te verlengen

Voor wie?

De WRM-bijscholingscursussen worden gegeven door partners van IBKI. Je moet alles via deze partners regelen. Dit overzicht is slechts om je te helpen om de juiste bij jou in de buurt te vinden.

Details over deze WRM-bijscholingscursus

OmschrijvingOnderwerp #Aantal dagdelenGeschikt voor

Beter door de bocht in theorie en praktijk

WRM 58

2

Alleen categorie A

Aanbieders van deze WRM-bijscholingscursus

OpleidingsinstituutPlaatsBijzonderhedenLinks

Geen aanbieders op dit moment, volg een andere bijscholingscursus om je bevoegdheidsverlenging te halen.

Leerdoelen bijscholingscursus WRM 58

  1. De rij-instructeur kan uitleggen hoe een bocht is opgebouwd.

  2. De rij-instructeur kan uitleggen hoe een motorrijder vroegtijdig een bocht kan waarnemen/herkennen

  3. De rij-instructeur heeft kennis van de 4 K’s. Kijken, Klaar maken (positie, snelheid), Kantelmoment, Kracht opbouwen.

  4. De rij-instructeur kan uitleggen wat het gyroscopisch effect inhoudt en kan verklaren welke positieve en negatieve effecten hiervan bij het rijden van bochten optreden.

  5. De rij-instructeur is in staat om uit te leggen wat het belang is van een juiste zithouding, welke zithoudingen er zijn en wat de verschillen tussen deze zijn bij het rijden van een bocht.

  6. De rij-instructeur weet wat er over het rijden van bochten in de Rijprocedure-A staat en weet deze kennis toe te passen.

  7. De rij-instructeur kan motiveren wat een veilige rijlijn is in overzichtelijke en onoverzichtelijke bochten in relatie tot zicht en ander verkeer.

  8. De rij-instructeur kan motiveren wat een veilige snelheid in een bocht is.

  9. De rij-instructeur kan uitleggen waarom verschillende type motorfietsen elk een eigen stuurgedrag hebben.

  10. De rij-instructeur is in staat om het begrip GRIP te verklaren en kan tevens de maximale grens

    d.m.v. de cirkel van Kamm motiveren/uitleggen.

  11. De rij-instructeur kan aangeven wat de invloed is van wegverkanting op het rijden van bochten.

  12. De rij-instructeur kan uitleg geven over verschillende structuren wegdek, wegschades en wegmarkeringen.

  13. De rij-instructeur is in staat om uit te leggen, waarom bij korte en of scherpe bochten veelal gebruik wordt gemaakt van de zgn. achterremtechniek.

  14. De rij-instructeur is in staat een goed demonstratie te geven met betrekking tot stuurtechniek en de verschillende bochtlijnen.

  15. De rij-instructeur is in staat invulling te geven aan de verschillende instructiefasen.

  16. De rij-instructeur is in staat de kandidaat/leerling aan de hand van de taakprocessen, die behoren bij het naderen en/of berijden van een bocht via een communicatieverbinding te coachen.

Onderwerpen leerdoelen

Algemene onderwerpen:

–  Bijscholingscursussen 59, 60, 61, 62, 63, 64, 65, 67, 68, 69, 70 & 71


Belangrijk:

  • Per opleider staat de (hoofd)locatie erbij. Sommige opleiders hebben meerdere locaties die niet alle bijscholingscursussen geven. Neem contact met ze op voor meer info.

  • Een rijschool mag alleen eigen medewerkers bijscholen als het in de tabel van gecertificeerde opleiders staat.

  • FAM of LBVI geeft aan dat de opleider lid is van de vereniging van rij-instructeuropleidingsinstituten LBVI of FAM verkeersscholen. Het betekent dat de opleider cursussen aanbiedt die voor de FAM of LBVI zijn gemaakt.

  • Als Rijopleiding in Stappen ofwel RIS-instructeur moet je speciale bijscholingscursussen volgen die meetellen voor WRM & RIS. Deze bijscholingscursussen moeten gegeven worden door een RIS-docent van een RIS-erkende opleider. Meer info over RIS

  • Als KNMV Gediplomeerd Instructeur ofwel KGI-instructeur moet je speciale bijscholingscursussen van de Koninklijke Nederlandse Motorrijders Vereniging (KNMV) volgen die meetellen voor WRM & KGI. Meer info over KGI